Jasje / dasje

een diep ongelukkige dassendrager

Net weer thuis van een midweekje tijdens de Siberische Beer en daar is de uitnodiging voor het Openingstoernooi op vrijdag 6 april op de Heelsumse waarin wordt aangegeven dat de dresscode voor het diner ‘jasje-dasje’ is, speciaal op mijn verzoek. Jullie zullen begrijpen dat ik zo’n verzoek nooit gedaan kan hebben en ook nooit zal doen en ik heb onze voorzitter dan ook gemeld dat ik daarom uit principe niet aanwezig zal zijn. “Das een strop” voor de penningmeester die nu een “jasje uit” moet doen om dit evenement financieel haalbaar te maken, maar dat is zijn zorg, het gaat hier om principes.
Met toch een soort van pest in mijn lijf begeef ik mij naar mijn stamkroeg waar mij bij binnenkomst direct opvalt dat iedereen een oranje stropdas omheeft met opschrift “Kjeld 2x goud”. Nou is deze Kjeld afkomstig uit ons dorp dus enige trots mag wel, aan de andere kant is dit weer zo’n overdreven uiting van persoonsverheerlijking. Ik hijs mij op mijn vaste stek aan de bar, Jopie schenkt direct het eerste borreltje in en de Neus naast mij zegt zonder opkijken “ze kosten tien euro, er ligt er eentje voor je klaar”. “Wat is ‘ze’” vroeg ik? “De stropdassen” zei de Neus, je moet er eentje om want straks gaan we hem huldigen”. “Hij zal je mooi staan” mengde Jopie zich in het gesprek. “Ik doe niet mee aan die onzin” hoorde ik mijzelf zeggen en mijn gedachten gingen uit naar die bewuste studiereis in Schotland waar onze Henk, ja, hij weer, al glunderend de clubdassen en pochetten uitdeelde en ik op het punt heb gestaan de studiereis af te breken en mijn lidmaatschap op te zeggen. Er is toen grote druk op mij uitgeoefend om toch alsjeblieft te blijven hetgeen ik uiteindelijk maar gedaan heb, maar er is toen wel iets geknakt en ik heb nooit meer mijn spelniveau van ‘voor de stropdas’ gehaald. Hoe is het in hemelsnaam mogelijk dat ik op één dag twee keer met mijn stropdassendilemma word geconfronteerd. “Hallo…. Ben je daar nog?” hoorde ik Jopie zeggen, “moet ik hem even omdoen?” Ik sloeg keihard met mijn vuist op de bar en sprak met zeer luide stem: “Niemand, nee nooit Niemand, maar dan ook Niemand zal mij ooit een stropdas omdoen!”. Het werd stil in de kroeg, je voelde de spanning stijgen, Jopie werd bleek om haar neus en de Neus keek mij aan alsof ik hem van meerdere moorden beschuldigde. “Rustig maar” zei Jopie die de afgelopen jaren heeft bewezen haar mannetje in crisissituaties te staan. “Ik krijg wel tien euro van je” sprak de Neus die wist dat hij daarmee olie op het vuur gooide. Buiten begon de Fanfare te spelen en Kjeld kwam zittend op een open boerenwagen bij de kroeg aan. De burgemeester ontpopte zich als fotomodel voor de verschillende lokale bladen en was vergeten dat men er niet voor hem was maar voor Kjeld. “Wat is dit f*cking leuk” riep Kjeld enthousiast terwijl hij de overvolle kroeg binnenliep en “wat hebben jullie allemaal f*cking mooie stropdassen!”
Hij ging de hele kroeg rond, nam de tijd om met iedereen een praatje te maken en genoot volop. Hij liep de bar langs en ik gaf hem een hand en feliciteerde hem met zijn overwinning op de Oman Open. Zijn mond viel open van verbazing en hij nam mij langzaam van top tot teen op en zei: “waarom draag jij geen f*cking stropdas?” Nog voor ik kon reageren met een linkse directe had Jopie mij al bij hem weggetrokken en leidde mij naar de keuken waar ik langzaamaan weer bij zinnen kwam. “Jammer dat jij zo’n aversie tegen stropdassen hebt” zei ze. “Ik vind stropdassen enorm sexy, lekker alles uit maar de stropdas blijft om” en ze begon een beetje te grommen. Zo had ik het nog nooit bekeken en ik bemerkte een lichte twijfel bij mijzelf. Zouden Henk en de Neus ook grommen als zij eh, je weet wel, en zouden zij hun stropdas omhouden? Ik ging terug naar de bar, betaalde de Neus zijn tientje, stopte de stropdas in mijn zak en ging naar huis. Daar aangekomen deed ik de stropdas om, ging naar binnen en begon zachtjes te grommen. “Doe die achterlijke stropdas af en stop met dat gegrom” zei mijn vrouw ….. “je lijkt Henk wel”. Toen wist ik het zeker, Henk heeft het altijd en overal gedaan en het is altijd zijn schuld. Van de stropdassenfobie kom is dus nooit af, bedankt Henk!

Krunkel